Zijn uw algemene voorwaarden up-to-date? Zijn uw rappels voor openstaande facturen conform? Nieuwe regels voor het invorderen van schulden bij consumenten.
Boek XIX introduceert een aantal nieuwigheden zoals een eerste kosteloze herinnering, 14 dagen betalingstijd na de eerste herinnering en een geplafonneerd schadebeding.
De nieuwe bepalingen zijn van toepassing op alle ondernemingen en gelden voor elke betalingsachterstand van consumentenschulden (B2C).
1. Kosteloze herinnering
U dient uw klant een eerste kosteloze herinnering te bezorgen (dat kan via brief, e-mail of sms zijn) die de volgende gegevens dient te bevatten:
– Bedrag van de openstaande schuld
– Omschrijving van het product of de dienst waarop de schuld betrekking heeft
– Vervaldatum van de factuur
– De bepaling van de intrest
– Bedrag van het schadebeding
2. 14 dagen betalingstijd
Als de consument na het verstrijken van de wachttermijn van 14 dagen niets doet, kan het schadebeding worden afgedwongen.
3. Minnelijke invordering door een schuldinvorderaar
Doet u beroep op een derde partij voor het invorderen van de schuld dan kan die pas na de 14 dagen wachttermiijn zijn werkzaamheden aanvatten. De consument dient een formele ingebrekestelling te ontvangen, gekoppeld aan een nieuwe wachtperiode van 14 dagen. Pas bij gebrek aan reactie van de consument daarop kan de schuldinvorderaar de inning verderzetten.
Hebt u zelf geen eerste herinnering naar de consument verstuurd dan dient de schuldinvorderaar dat eerst te doen de formele ingebrekestelling kan volgen.
4. Plafond schadebeding en verwijlintresten
Het schadebeding kan voorzien in verwijlinteresten en/of een forfaitaire vergoeding. Er kan geen andere vergoeding worden gevraagd, ook niet voor de eventuele tussenkomst van een schuldinvorderaar.
De plafonds zijn als volgt:
De verwijlinteresten mogen niet hoger zijn dan de interesten bepaald door de Wet van 2 augustus 2002 over de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties;
De forfaitaire schadevergoedingen zijn ook beperkt:
– Schuld tot €150: vergoeding van maximaal €20.
– Schuld tussen €150,01 euro en €500: vergoeding van €30 plus 10% van het bedrag dat voor die schijf verschuldigd is.
– Schuld hoger dan €500: een vergoeding van maximaal €65, vermeerderd met 5% van het verschuldigde bedrag op de schijf hoger dan €500,01 en dit zonder meer dan €2.000 te bedragen.
Info: Op 23 mei 2023 werd in het Belgisch Staatsblad de Wet van 4 mei 2023 tot invoeging van Boek XIX “Schulden van de consument” in het Wetboek van economisch recht (“WER”) gepubliceerd.